Inleiding Informatieplan Onderzoek
Uit ITforResearch bij Universiteit Utrecht
Een informatieplan geeft een IT-visie op de toekomst. Dit plan geeft richting aan de IT-ondersteuning van onderzoek aan de Universiteit Utrecht (UU) voor de komende vijf jaar. Hierdoor kunnen we anticiperen op de IT-behoeften van onze onderzoekers.
Primair geeft dit informatieplan richting aan de activiteiten rond onderzoeksondersteuning van de afdeling Research & Datamanagement Services (R&DMS) van de directie Information and Technology Services[1] (ITS) van de UU voor de komende vijf jaar. De bedoeling is dat het ook de ruimte biedt aan IT-afdelingen van faculteiten of bibliotheek, en aan de andere afdelingen van ITS voor de door hen nodig geachte IT-onderzoeksondersteuning.
Natuurlijk geeft dit plan ruimte voor toekomstige IT-ontwikkelingen, want het voorspellen van een onderzoeksrichting en de daarvoor benodigde IT-ondersteuning blijft lastig. Dat is inherent aan onderzoek. Daarom bevat dit informatieplan geen concrete projectvoorstellen met bijbehorende budgetten en prioritering. Voor sommige IT-behoeften is eerst een vooronderzoek nodig. Die invulling volgt later.
Dit plan is gebaseerd op ontwikkelingen in de wereld om ons heen[2] en op vele gesprekken. Het sluit aan bij allerlei UU-beleidsplannen[3], zoals het Strategisch plan UU, het Open science programme UU, het Public engagementprogramma UU, het Research IT programma UU, en het Domeinplan IT UU. Daaruit zijn voor dit plan relevante stukken overgenomen en in een context geplaatst. Vervolgens is er een IT-invulling aangegeven. Omdat IT-ambities niet los gezien kunnen worden van andere (niet IT) ontwikkelingen en ambities, geeft dit plan ook aan hoe we de strategische ambities van de UU interpreteren. Deze UU-ambities geven tenslotte de context waarin de IT ingebed gaat worden.
Het plan gaat over de onderzoeksondersteuning met IT aan de UU. Het gaat niet over de inhoud van onderzoek, want dat is aan onze onderzoekers. Onderwijs valt ook buiten de scope, evenals de ontwikkelingen rond de administratieve systemen en de IT basisondersteuning (computers, servers, netwerk, IT dienstverlening, etc.).
Daarnaast is dit plan ook bedoeld om discussies te starten en om thema’s op de agenda te plaatsen. Dit informatieplan is dus geen statisch document, het zal eens per twee jaar worden bijgewerkt.
Wie de IT-ondersteuning initieert of levert doet er niet toe. Dat kan door de hele IT-community van de UU: IT-afdelingen van faculteiten, bibliotheek en/of ITS. In veel gevallen zal het in nauwe onderlinge samenwerking gaan, en soms ook in samenwerking met partijen buiten de UU (bijv. SURF). Uiteindelijk gaat het erom hoe we onze onderzoekers op IT-gebied zo goed mogelijk kunnen faciliteren.
Hoe verder?[bewerken]
Om de IT-visie op de toekomst te borgen worden de doelen in dit informatieplan uitgewerkt in activiteiten. We hebben met elkaar dit plan gemaakt (zie Verantwoording hieronder), dus inzet van mensen en middelen ligt in de lijn van de doelen in dit plan. ITS (voor wie dit plan geschreven is) bepaalt zelf welke doelen ze eerst wil uitwerken. Dat kan ook naar aanleiding van een concrete wens van een onderzoeker of ondersteuner. Voor IT-afdelingen van faculteiten of bibliotheek geldt datzelfde.
Bij het uitwerken wordt samengewerkt met onderzoekers. Voor sommige doelen kan een “vooronderzoek” nodig zijn om duidelijker te krijgen wat precies de behoefte is, wat mogelijke oplossingsrichtingen zijn, wie de belangrijkste betrokkenen zijn, wat er al binnen of buiten de UU gebeurt, en wat eerst aangepakt zou moeten worden. Soms kan een activiteit in de lijn of in een bestaand programma belegd worden, en soms kan gedetailleerde uitwerking volgen in een programma- of projectvoorstel met bijbehorende budgetten en prioritering.
Afhankelijk van de soort wens is het resultaat van belang voor een groep onderzoekers, voor een departement/faculteit/onderzoeksinstituut en/of voor de hele universiteit. De implementatie kan voor elke groep hetzelfde zijn, of juist verschillen. Misschien is het goed om met “launching customers” te werken. Dat staat verder uitgewerkt in het programma- of projectplan.
ITS gebruikt dit plan om richting te geven aan haar activiteiten rond onderzoeksondersteuning voor de komende vijf jaar. Bij een verzoek tot ondersteuning wordt via de bestaande lijnorganisatie besloten in hoeverre daaraan tegemoet gekomen kan worden, na overleg met betrokkenen.
De bedoeling van dit informatieplan is dat het ook de ruimte biedt aan IT-afdelingen van faculteiten of bibliotheek voor de door hen nodig geachte IT-onderzoeksondersteuning. Het biedt een kader waarin ze hun eigen activiteiten kunnen plaatsen. Welke dat zijn, hoe ze deze prioriteren en wanneer ze die gaan uitvoeren bepalen ze zelf.
Als blijkt dat er coördinatie nodig is rond activiteiten die voortvloeien uit dit informatieplan, of voor de onderlinge prioritering van die activiteiten die volgen uit verschillende doelen, dan wordt op dat moment bekeken hoe dat handig en praktisch ingevuld kan worden.
Verantwoording[bewerken]
Dit informatieplan is het afgelopen half jaar met vele collega’s besproken, waarvoor vanaf deze plaats hartelijk dank. Onder meer in een vergadering van de Hoofden onderzoeksbeleid (als representant van onderzoekers bij faculteiten), en in gesprekken met alle IT hoofden/informatiemanagers van de faculteiten en de bibliotheek. Ook is het besproken met medewerkers van het public engagement programma van het CWC , UMCU, faculteiten, bibliotheek, O&O, ITS en het programma Research IT. Het is ook gestuurd aan de leden van de Adviesraad Research IT. De door hen voorgestelde suggesties zijn verwerkt.
Er is geen gestructureerde bevraging van onderzoekers geweest. Hun inbreng is ons inziens gedekt doordat zij hebben meegewerkt aan het Strategisch plan, het Open science programma, het Public engagementprogramma of het Research IT programma en jaarplan, die bronnen zijn voor dit plan. Eigen bevraging hebben we niet gedaan om hen tijd te besparen.
Leeswijzer[bewerken]
Hoofdstuk 1 beschrijft de invloed van de bestaande UU-beleidsplannen op dit informatieplan. De overige hoofdstukken zijn verdeeld in twee delen. Deel A, hoofdstuk 2 t/m 6, gaat over bouwstenen: algemene “blokken” die nodig zijn voor de IT-ondersteuning van onderzoek. Deel B, hoofdstuk 7 t/m 12, gaat over IT-ondersteuning voor het toegankelijker maken van wetenschap.
Elk hoofdstuk in deel A en B is op dezelfde manier opgebouwd: paragrafen met (1) een korte beschrijving van de huidige situatie, (2) trends en principes, en (3) uitwerking van die trends en principes voor de periode tot en met 2022. De uitwerking in (3) bevat telkens een aantal blokjes die elk op dezelfde manier opgebouwd zijn: doelen voor de UU, benodigde ambities en acties zonder IT-aspect, en benodigde ambities en acties met IT-aspect. Deze blokjes geven weer hoe ITS de strategische ambities van de UU interpreteert, ook als deze niet IT-gerelateerd zijn, omdat deze belangrijk zijn voor de IT-context: ze geven de wereld weer waarin onderzoek aan de UU (en dus ook IT) opereert.
De genoemde doelen voor de UU kunnen alleen door samenwerking gerealiseerd worden. Vaak staat hiervoor een voorstel, maar dat is nog niet afgestemd met betreffende partijen omdat het zeer globale acties zijn die later samen verder uitgewerkt gaan worden.
Een aantal doelen is zo verstrekkend dat organisatiebrede steun onontbeerlijk is. Soms is deze al voorzien vanuit andere plannen (bijv. in het Open science programma of het Public engagementprogramma), soms niet. Wanneer niet, dan is dat aangegeven in het vakje “benodigde ambities en acties zonder IT-aspect” als “UU ambitie in de visie van ITS”.
De volgende afbeelding toont de samenhang tussen de doelen uit hoofdstuk 2 t/m 12. Elk vakje wordt in één van die hoofdstukken verder toegelicht.
Voetnoten[bewerken]
- ↑ ITS is de centrale IT-directie van de UU. Sommige faculteiten hebben een eigen IT-afdeling.
- ↑ Zoals beschreven in documenten van bijvoorbeeld de EU, NWO, KNAW en andere universiteiten.
- ↑ Bij de opsomming in de tekst zou ook het Domeinplan Onderzoek horen te staan. Echter, het wordt najaar 2018 verwacht. Dit informatieplan speculeert op de uitkomst daarvan. Dat domeinplan geeft de visie van de Directie O&O over te verwachten ontwikkelingen rond onderzoek aan de UU. Een belangrijk onderdeel is waarschijnlijk zo goed mogelijke ondersteuning van onderzoek. Hoe kan een onderzoeker zo eenvoudig mogelijk zijn werk doen en de hulp vinden die nodig is? Welke ambities gaat de universiteit stellen en welke activiteiten gaat zij uitvoeren om dit mogelijk te maken?